Ze loopt, ze draalt
ze danst, ze stopt
ze geeft, ze neemt
ze deelt, ze schopt
ze pakt je in
ze duwt je weg
ze klopt je uit je jas
en stopt je in alsof je kind was
en ziek van school zou zijn
Ze praat, ze fluistert
ze zingt, ze stopt
ze danst, ze snuift
ze drinkt, ze schopt
ze fladdert weg
ze laat je los
ze klopt vervolgens aan je deur
alsof ze echt nooit weg was
nooit weg zou kunnen zijn
En als ze lacht
lacht de wereld met haar mee
als ze huilt, huilt ze de zee
als ze zwijgt, zwijgt ze de maan
en als ze van je houden zal
als ze van je hield ging je eraan
daar zou jij kapot aan gaan
Ze zoent, ze zoent
ze zoent, ze stopt
ze gaat, ze komt
ze komt, ze stopt
ze weert je af
ze trekt je aan
ze klopt je in de extra tijd
alsof je niet eens meedeed
je nooit goed genoeg zou zijn
Je geeft, je neemt
je stopt, ze lacht
je gaat, je stoort
je keert, ze lacht
je bent eruit
je lacht haar toe
ze lacht je uit of toe of terug
je weet dat je niet wegkomt
nooit echt bent weggegaan
En als ze lacht, lacht de wereld met haar mee
als ze huilt, huilt ze de zee
als ze zwijgt, zwijgt ze de maan
en als ze van je houden zal
als ze van je hield ging je eraan
daar zou jij kapot aan gaan
En niemand kan haar redden
en niemand mag er bij
en niemand zal het weten
alleen wij, alleen wij, alleen wij
(Paul de Munnink, 2010)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten