deel 5
Poepen in Frankrijk is, anno 2010, nog steeds een verzoeking. In mijn militaire diensttijd, anno 1985, had ik voor ’t eerst kennis gemaakt met deze sanitaire gedrochten. Als zoon van een aannemer stond ik vijfentwintig jaar geleden al met de grootst mogelijke verbazing te kijken naar het wanstaltige keramieken gat waarop ik verwacht werd te gaan hurken. Acuut voelde ik een weigering en gaf ook de volgende vier dagen geen gehoor aan het geklop van mijn geplaagde darmen. Ook het kopjes geven maakten mij allerminst mild. Ik ging er niet op!
‘’t Is toch van de gekke dat ik hier niet eens fatsoenlijk kan gaan zitten schijten in ’s lands belang’ moet ik destijds furieus geroepen hebben. De behoefte mijn vader te bellen om er ter plekke een Villeroy & Boch aardewerken toiletpot te plaatsen, kon ik ternauwernood onderdrukken.
Het behoeft geen nadere uitleg dat mijn militaire prestaties die week zwaar ondermaats waren, daar ik meer bezig was met mijn overspannen spijsverteringsinstrumentarium te sussen dan dat ik ook maar enig oog had voor de Russen die ons over de flanken allengs naderden.
Eenmaal op de kazerne terug, gooide ik mijn ransel, wapen en pionierschop op mijn brits en snelde naar het toilet. Aldaar ontlastte ik mijn pijnlijke ingewanden – want alles deed zeer! – met een hartgrondige zucht. Een zwarte, gecomprimeerde poepknikker teisterde het glazuur en sloeg een vuistdik gat in de wc-pot. Het onderzoek ernaar is uiteindelijk afgedaan als een cold case.
Nu, tweeënhalf decennia later, opnieuw staande voor een Frans toilet, vroeg ik mij af wat in godsnaam die Fransen al die tijd gedaan hebben. Blijkbaar is er onvoldoende Europese druk uitgeoefend, want deze latrines bestaan nog steeds! Zachtjes vloekend nam ik toch – als een oude man weliswaar – gehurkt plaats op de voorgevormde plateaus om een gedenkwaardige drol te gaan leggen in deze hellhole. Hangend aan een beugel ging het me wonderwel goed af en kwamen er geen bruine vegen langs mijn dijbenen of onbestendige spetters aan de buitenkant van mijn onderbroek.
Met een gevoel toch iets gepresteerd te hebben, trok ik triomfantelijk door. Op dat moment schoot het me weer te binnen en te laat trok ik mijn geslipperde voeten terug.
Het ontruimingsplan trad onmiddellijk in werking toen ik, met kletsnatte voeten, de wereld bij elkaar vloekte! Naarstig zocht ik naar iets om heel het toiletgebouw te lijf te gaan.
Tot ik ontdekte dat achter de meest rechter deur een oer-Hollandse toiletpot stond.
Prachtig verhaal weer!
BeantwoordenVerwijderenHaha, dat poepen van die Terhaarsen is toch een gevalletje apart! Ik moet altijd poepen als ik bij de Ikea ben. Gelukkig heb ze daar prettige potten.
BeantwoordenVerwijderen